Raamadvies over educaties
De Vlor formuleert in dit advies op eigen initiatief een basisconcept om het aanbod en de financiering van educaties in de scholen te stroomlijnen. De aanleiding was de gelijktijdige bespreking van twee andere adviezen over educaties in de commissies Gezondheidsbevordering en Mondiale vorming. De Vlor gelooft dat de voorstellen in dit advies kunnen helpen om educaties op een meer gestructureerde manier aan te bieden en met respect voor de autonomie van de scholen. Het voorstel geeft de minister van Onderwijs en andere beleidsmakers de mogelijkheid om educaties die zij belangrijk vinden financieel te steunen.
De samenleving verwacht dat scholen aandacht besteden aan uiteenlopende maatschappelijke thema's. De belangrijkste zijn opgenomen in de eindtermen en ontwikkelingsdoelen. De Vlor benadrukt dat elke school kiest of ze voor bepaalde educaties een extra inspanning levert en waar zij eigen accenten kan en wil leggen. Noch het beleid, noch de samenleving kunnen verwachten dat scholen aan alle verwachtingen voldoen en voor alle educaties het volle pond geven. De Vlor stelt voor om elke school een budget voor educaties te geven in zijn werkingstoelagen en –middelen. Dat geld besteedt een school autonoom aan begeleiding, vorming, materiaal of activiteiten.
Voor de maatschappelijke organisaties die educatief materiaal of activiteiten ontwikkelen, voorziet het model twee vormen van overheidssteun: een basisfinanciering en projectsubsidies. Elke minister kan organisaties een basisfinanciering toekennen voor hun educatieve werking over zijn beleidsdomein. Daarnaast kunnen ministers of gemeenten en provinciebesturen educatieve projecten subsidiëren over specifieke thema's.
In de twee adviezen over gezondheidsbevordering en mondiale vorming werkt de Vlor dit voorstel concreet uit.