Advies over het digitaal leren in het hoger onderwijs
Door de snelle ontwikkeling van digitale technologieën is ook in het hoger onderwijs het gebruik van onderwijstechnologie een zeer actueel thema. Verschillende instanties, zowel op nationaal als op internationaal niveau, voeren het debat over de mogelijkheden om ict in te zetten in het hoger onderwijs. De Vlor doet een aanzet om dat debat op een grondige en systematische manier te voeren.
Digitaal leren is in essentie niet iets anders dan ‘gewoon’ leren, het maakt er deel van uit. Voor de Vlor is digitaal leren, al het leren dat gebruik maakt van digitale technologie.
Aanbevelingen voor overheid en stakeholders
Visie en beleid
Er is nood aan visieontwikkeling. Een visie op digitaal leren maakt deel uit van een visie op leren en moet niet apart behandeld worden. Digitaal leren is een middel en geen doel op zich. Om die visie uit te werken, moet bekeken worden hoe onderwijstechnologie kan ingezet worden om de efficiëntie en de effectiviteit van het leren te verbeteren. Daarvoor is nog verder wetenschappelijk onderzoek nodig dat de leerwinst en leerefficiëntie van digitaal leren onder de loep neemt. Verder moet nagegaan worden hoe digitaal leren een bijdrage kan leveren aan de grote strategische beleidsthema’s, zoals democratisering, internationalisering, duurzaamheid, etc. Dat is een opdracht voor alle partners betrokken bij het hoger onderwijs. De raad pleit ook voor het opstellen van een actieplan dat gebaseerd is op de te ontwikkelen visie. Hij vraagt de overheid het initiatief te nemen tot de oprichting van een platform waarin alle stakeholders vertegenwoordigd zijn. Die hebben de taak om daarin actief te participeren. Het platform moet monitoring en trendwatching opnemen.
Financiering
De Vlor vindt dat digitaal leren moet geïmplementeerd worden vanuit kwalitatieve criteria en niet vanuit besparingsoverwegingen. Degelijk digitaal leren vraagt veel en extra middelen. Zowel voor infrastructuur als voor professionalisering van docenten als voor het inzetten van docenten. Projectfinanciering is waardevol, maar er moet nadien ook financiering voorzien worden om de werking op te nemen in de reguliere werking van de instelling. De Vlor pleit voor een stevige en gezonde basisfinanciering van de instellingen hoger onderwijs.
Accreditatie en erkenning van leerprestaties
Via digitale onderwijstechnologie komen nieuwe hogeronderwijsverstrekkers op de markt. Men mag niet voorbij gaan aan het feit dat traditioneel hoger onderwijs nog steeds een sociaal gebeuren is. Het stimuleren van sociale contacten, de groepsdynamiek en face-to-face contact met docenten blijven essentieel voor kwaliteitsvol hoger onderwijs. Het gebruik van digitale onderwijstechnologie moet deze interactie stimuleren, maar niet vervangen. Op die manier worden sociale en communicatievaardigheden getraind, maar ook ondernemingszin, samenwerking en leiding geven. Als andere onderwijsverstrekkers diploma's afleveren, dan moet de overheid erop toezien dat zij voldoen aan dezelfde kwaliteitsvereisten als de traditionele universiteiten en hogescholen.
Open leermateriaal?
De Vlor is voorstander van het gebruik van technologieën zoals Open Educational Resources (OER), maar heeft daarbij ook een aantal vragen.
Onderwijzen en leren
Digitaal leren veronderstelt digitale competenties verwerven in het curriculum. Hierop moeten opleidingen toezien. Digitaal leren bevat ook kansen voor democratisering. Het kan potentiële studenten aantrekken. Hierbij moet dan wel gegarandeerd worden dat de startcompetenties gehaald worden en indien niet, dan moet hiervoor een remediëringstraject voorzien worden. DIgitaal leren kan ook ingezet worden in internationalisering. Digitaal leren veronderstelt een sterke professionalisering van docenten die ervoor zorgen (in team met experten) dat het digitale leermateriaal dat aangeboden wordt, ook kwaliteitsvol is.
Verder overleg nodig
Dit advies geeft aan dat verder overleg noodzakelijk en dringend is voor een gedragen en daadkrachtig beleid. De Vlor is bereid om daarin zijn rol te spelen.