Einddocument: Standpunt over de wijze van aanpassingen van de eindtermen
De Vlaamse Onderwijsraad heeft de minister zijn standpunt bezorgd over de werkwijze bij de herziening van de eindtermen. Dat doet de raad voordat hij een adviesvraag heeft gekregen over aanpassingen aan de eindtermen, zodat de minister nog met zijn bezorgdheden rekening kan houden. Ook wil de raad zijn visie over het proces goed gescheiden houden van zijn inhoudelijke oordeel over de aanpassingen.
De overheid bereidt een aanpassing voor van de eindtermen. Voor het basisonderwijs zijn wijzigingen op komst aan de eindtermen
- Wereldoriëntatie (domein natuur en technologie; ook ontwikkelingsdoelen)
- Nederlands
- Frans
- eindtermen Nederlands (1ste graad, A-stroom)
- eindtermen technologische opvoeding (idem)
- eindtermen natuurwetenschappen (idem)
- eindtermen moderne vreemde talen
- ontwikkelingsdoelen Nederlands, vreemde talen, technologische opvoeding en natuurwetenschappen voor 1ste graad B-stroom
- ontwikkelingsdoelen OKAN
- vakoverschrijdende eindtermen en ontwikkelingsdoelen
Coherentie & ruimte
De raad vraagt om dat proces coherent en gefaseerd aan te pakken. Hij vraagt om de studiebelasting voor de leerlingen goed te bewaken en ervoor te zorgen dat de leraar nog eigen initiatieven kan nemen en kan inspelen op de interesses van leerlingen. Als onderdelen van de eindtermen worden gewijzigd, dan mag dat de evenwichten tussen de vakken of de (verticale en horizontale) samenhang met de globale leerlijnen niet verstoren.
De aanpassingen mogen evenmin definitieve keuzes opleggen in lopende discussies, bijvoorbeeld over leerzorg of over de overgang van basisonderwijs naar secundair onderwijs. Over een mogelijke hervorming van het secundair onderwijs (de positie van de eerste graad, de onderwijsvormen, de finaliteit van de tweede en derde graad) is het debat pas begonnen. De raad wijst erop dat eventuele aanpassingen ook zullen gelden in de basiseducatie en het tweedekansonderwijs.
Basisonderwijs
De Vlor vraagt uitdrukkelijk om de bestaande leergebieden in het basisonderwijs te respecteren en wereldoriëntatie als geïntegreerde benadering te behouden. Een meer domeingerichte aanpak, zoals in het secundair onderwijs, is niet wenselijk. Domeinen als tijd en ruimte, mens en maatschappij horen in WO evenveel aandacht te krijgen als het domein natuur.
Secundair onderwijs
Het is wenselijk om te onderzoeken of een sterkere vakkenintegratie in de eerste graad niet kan leiden tot een frisser en ervaringsgerichter wetenschapsonderwijs. Misschien wordt daarin beter ook ‘techniek' opgenomen, als dat een evenwichtig pakket ‘wetenschappen' oplevert waarin alle aspecten aan bod komen. Er bestaat nog veel onduidelijkheid over de gevolgen voor de scholen, leraren en leerlingen, voor de competenties van de leraren, de infrastructuur, enz.
Als Frans een verplicht vak wordt in de B-stroom van de eerste graad, stelt de Vlor voor om te kiezen voor een ‘zelfredzaamheidspakket', zoals in de tweede en derde graad BSO.