Advies bij de discussietekst 'Maatwerk in samenspraak', een vernieuwd beleid voor het onderwijs aan leerlingen met speciale onderwijsbehoeften (versie na verticale fase)
De Vlaamse Onderwijsraad staat positief tegenover de maatschappelijke keuzes die de minister maakt in haar discussietekst `Maatwerk in samenspraak'. Het doel is kwaliteitsvol onderwijs organiseren op maat van alle leerlingen door gewone scholen meer mogelijkheden te geven om in te spelen op de specifieke noden van elk kind.
De Vlor heeft wel de indruk dat het voorgestelde beleid eerder kiest voor integratie van enkele sterk stijgende types van buitengewoon onderwijs, en niet voluit de kaart van inclusie trekt om zoveel mogelijk kinderen in een gewone school les te laten volgen. De overheid denkt nog steeds in leerlingentypes en onderwijsstructuren. De Vlor is voorstander van een continuüm van onderwijs en ondersteuning in plaats van voor een tweesporenbeleid. Alle kinderen moeten op basis van hun onderwijsbehoeften op de meest geschikte plaats terecht kunnen. De samenwerkingsverbanden en de regionale ondersteuningsscholen voor speciale onderwijsbehoeften (ROSSO's) kunnen wel een rol spelen in dat continuüm; ongeacht de handicap van het kind. Vrijwillig deelnemen aan netoverschrijdende samenwerking moet kunnen, maar dient het pedagogisch project van scholen te vrijwaren.
Omdat de praktijk leert dat vooral kinderen van `sociaal bevoorrechte' ouders zich in samenwerkingsverbanden met gewone scholen staande weten te houden, vraagt de Vlor om speciale aandacht te schenken aan de sociaal zwakkeren.
Een cruciale vraag is hoe het inschrijvingsrecht van de ouders, de werking van de lokale overlegplatforms en de rol van de CLB's op elkaar zullen worden afgestemd. De exacte betekenis van de term `handicap' is nog onduidelijk hoewel die wel een rol speelt voor het inschrijvingsrecht van de ouders en de eventuele doorverwijzing van kinderen. De Vlor stelt voor om de `speciale onderwijsbehoeften' van het kind als uitgangspunt te nemen.