Advies over de minimale c.q. wenselijke studieomvang van de opleiding bachelor in de vroedkunde
De Raad Hoger Onderwijs heeft zich in zijn advies over de studieomvang van de opleiding bachelor in de vroedkunde niet uitgesproken over de vraag of de huidige studieomvang van 180 studiepunten beter behouden of verlengd wordt.
De minister vroeg de raad om advies nadat de bevoegdheden van de vroedvrouw via de federale wetgeving waren uitbreiding en er vanuit verschillende hoeken stemmen opgingen om de opleiding te verlengen.
De werkgroep Vroedkunde heeft eerst een nieuw opleidingsprofiel opgesteld, dat gebaseerd is op het nieuwe beroepsprofiel van de Nationale Raad voor de Vroedvrouwen. Dat incorporeert de nieuwe bevoegdheden van de vroedvrouw en de geëvolueerde visie op het beroep.
De vertegenwoordigers van de 11 opleidingsverstrekkers konden in de expertengroep geen consensus bereiken of de huidige studieomvang van de opleiding bachelor in de vroedkunde (180 studiepunten) beter behouden blijft dan wel verlengd wordt tot 240 studiepunten. Eén beroepsorganisatie was gewonnen voor 210 studiepunten indien dit via het basisdecreet mogelijk zou worden.
In zijn advies beperkt de Raad Hoger Onderwijs zich tot een afstandelijke weergave van de gebruikte argumenten pro en contra een verlenging of behoud van de studieomvang. Hij vraagt wel om bij het vastleggen van de toekomstige studieomvang rekening te houden met werkdruk en studiekost en een adequate financiering van de opleiding te voorzien. Hij beklemtoont dat hij daarmee geen enkel pleidooi houdt voor behoud of verlenging van de studieduur.