Advies over het stimuleren van studentenparticipatie
Studentenparticipatie is in Vlaanderen decretaal verankerd. Studenten hebben daardoor inspraak in zowel het Vlaamse onderwijsbeleid, als in de diverse beleidsniveaus van de instellingen hoger onderwijs. Op die manier kunnen zij over uiteenlopende beleidsthema’s hun mening kenbaar maken. Het gaat daarbij niet enkel om opleidingsgebonden dossiers, maar ook om opleidingsoverkoepelende thema’s zoals de sociale voorzieningen, democratisering, etc. Studentenparticipatie bevordert enerzijds het democratische gehalte van het bestuur van de hogere onderwijsinstellingen en is anderzijds voor studenten een kans om zich te ontwikkelen tot mondige, kritische burgers.
De laatste jaren klinkt het steeds meer dat studentenparticipatie moeizamer loopt. Mandaten raken op Vlaams en lokaal niveau moeilijker ingevuld en studentenvertegenwoordigers geven aan dat het moeilijker wordt om hun engagement met hun studies te combineren.
In dit advies gaat de Vlor in op een aantal drempels voor participatie en suggereert hij hiervoor ook een aantal oplossingen. De raad vraagt de overheid om een afdwingbaar statuut voor studentenvertegenwoordigers decretaal te verankeren. Die automatische toekenning is belangrijk.
Verder gaat hij in op de faciliteiten die voor alle mandaten op alle niveaus moeten kunnen ingezet worden voor activiteiten gerelateerd aan het mandaat (intern of extern aan de instelling). De Vlor vraagt ook om decretaal te verankeren dat alle studentenvertegenwoordigers een beroep kunnen doen op infrastructurele, financiële en administratieve ondersteuning. De raad pleit voor het installeren van een participatiecoach, een personeelslid van de instelling dat de studenten wegwijs maakt in studentenvertegenwoordiging.
Het blijkt ook dat niet alle studenten goed op de hoogte zijn van de realisaties van studentenvertegenwoordigers, van de impact, van de faciliteiten etc. Er is daarom nood aan een betere en gerichtere communicatie t.a.v. studenten.
Tot slot pleit de Vlor ervoor dat alle instellingen een beleidsplan zouden opstellen. De Vlor is van mening dat studentenparticipatie voor instellingen meer moet zijn dan enkel het verlenen van het studentenstatuut. Elke instelling moet nadenken over de visie, ondersteuning, specifieke acties en middelen die zij hiertegenover zet. In dat beleid(-splan) zijn visie, middelen en ondersteuning belangrijk. Vooral een snelle en transparantie terugbetaling van vervoersonkosten (via prefinanciering) is een belangrijk aandachtspunt.