Advies over het voorstel van resolutie betreffende een toekomstgericht beleid dat meer perspectieven biedt aan verpleegkundigen
De Vlor formuleerde dit advies op vraag van parlementsvoorzitter Norbert De Batselier. Het Vlaams Parlement heeft een resolutie opgesteld met maatregelen die de opleidingen verpleegkunde aantrekkelijker kunnen maken. De belangrijkste zijn: voldoende opgeleide stagebegeleiders in scholen én op stageplaatsen, een overzichtelijke en gevarieerde opleidingenstructuur, financiering van de voortgezette opleidingen, betere informatie, een aantrekkelijker imago van de zorgberoepen en verlichting van de studielast.
De Vlor beaamt dat om stages effectief een meerwaarde te geven, er voldoende personeel nodig is dat bovendien is opgeleid om stages te begeleiden. In het hoger onderwijs heeft de stagebegeleiding een kritisch minimum bereikt. Maar vooral op de stageplaatsen zelf is meer omkadering nodig. Dat geldt niet alleen voor ziekenhuizen, maar ook voor andere gezondheidsinstellingen, om zo de variatie in stageplaatsen te vrijwaren. Een betere stagebegeleiding zou de studielast onrechtstreeks kunnen verlichten. De Vlor gelooft niet dat reiskosten voor stages terugbetalen, meer mensen voor verpleegkunde zal doen kiezen.
De Algemene Raad verwacht dat de instroom kan vergroten door
- duidelijke informatie in scholen en CLB's over de opleidingsmogelijkheden in de sector;
- een positief beeld van het beroep en een informatiebeleid gericht op nieuwe doelgroepen zoals volwassenen en allochtonen.
Belangrijk is ook een gevarieerde opleidingenstructuur met veel bruggen en in- en uitstapmogelijkheden. Zo kan het aanbod inspelen op de verschillende noden van de sector en op de verscheidenheid van de studentenpopulatie. Daarvoor is eerst een gedifferentieerd beroepsprofiel nodig. In het kader van de Europese ontwikkelingen moet de overheid beslissen wat de positie wordt van de vierde graad verpleegkunde en het HOKT-SP in de Ba-Mastructuur. De Vlor vindt dat het diploma secundair onderwijs uitgereikt moet worden na het eerste jaar van de vierde graad. Dat vergemakkelijkt de eventuele doorstroming naar een opleiding aan de hogescholen.